
Bent u een obsessief schrijver?
Ik denk wel dat ik manisch ben. Zodra ik een idee heb uitgewerkt, brandt een volgende kwestie weer achter mijn voorhoofd. Het korte verhaal is ideaal voor iemand met een overactief brein. Het is overigens niet heel gemakkelijk, want het is naar mijn mening moeilijker om scherp en overtuigend te zijn op de korte baan dan in een roman. Bovendien moet de bundel een eenheid zijn, als een totempaal. Dat is de belangrijkste reden waarom Waar we het over hebben… ook oudere verhalen bevat. Het liefst laat ik ze lange tijd liggen. Je kijkt er dan zelf ook weer anders tegenaan.
U bent behoorlijk cynisch wanneer het over het Jodendom gaat.
Ik ben de man van de ongepaste humor. In gezelschap spuug ik vaak zonder goed na te denken de grappen in het rond. Mijn vrouw legt, net als het personage in het titelverhaal, altijd een hand op mijn arm ter waarschuwing wanneer ik een verkeerde toon aansla, bijna bij elk gesprek dus. Ik kan het niet helpen. Een mens lacht nu eenmaal zijn grootste angsten weg. Ik ben opgegroeid in een streng orthodox Joods gezin. We hielden de emoties binnenboord. Het was voor mij dan ook lang moeilijk om zo intiem te schrijven als in mijn verhalenbundels.

Zelfspot is de beste spot?
Jazeker. Denk maar eens aan de inspiratie die Joden ontlenen aan het verhaal van het fort op de berg Masada. Zo rond het jaar zeventig werd dat fort langdurig door de Romeinen belegerd. De soldaten, vrouwen en kinderen hielden moedig stand. Uiteindelijk brachten ze zichzelf dapper om. Daar baseren wij onze strijdvaardigheid op. Rekruten moeten na de afronding van hun training de berg op en daar roepen: ‘Masada valt geen tweede keer.’ We zijn duizenden jaren opgejaagd. Ik denk dat het ons aan jachtinstinct ontbreekt.
Neemt het antisemitisme weer toe?
Weliswaar ben je kwetsbaar als Jood, maar het wordt allen maar erger als je er aandacht aan besteedt. Daarom vertel ik er ook grapjes over. Weten jullie in welke landen ze geen antisemieten hebben? Landen zonder Joden.

Ik ben dol op dit soort anekdotes. Veel mensen verwachten ten onrechte dat er zich iets moois ontwikkelt uit het onmenselijke. Joodse groeperingen bestrijden elkaar ook te vuur en te zwaard. Er is geen totale saamhorigheid ontstaan door de geschiedenis. Dat zou ook vreemd zijn. Desondanks wordt generatie na generatie opgevoed met de Holocaust als belangrijkste kenmerk van de Joodse identiteit. Ook ik heb eraan moeten geloven. En opgezweept door films, boeken en verhalen hebben mijn vriendjes en ik op het schoolplein daadwerkelijk een jongen die antisemitische trekjes had in elkaar gemept.
In het titelverhaal wordt de Holocaust haast gebruikt als een spel…
Mijn zusje en ik verstopten ons als kind in kasten en vroegen ons af welke mensen uit onze buurt ons in tijden van oorlog zouden laten onderduiken. Het spel van de goede Goj. Pathologisch. We groeiden op in Amerika, maar toch was de Holocaust nooit ver weg.

Mijn grootste angstdroom was dat ik in Amsterdam bij een lezing door overlevenden erop zou worden aangesproken. Precies dat is gebeurd. Ik wil niet choqueren en heb helemaal niet de behoefte om de Holocaust te ridiculiseren, maar vind wel dat iedereen erover moet kunnen discussiëren. Natuurlijk gaat het mij ook ter harte, maar je kunt er alsnog door worden verteerd als je er al te veel tijd mee bezig bent. Naar mijn idee schrijf ik niet over de Holocaust zelf, maar over de manier waarop we er mee omgaan. De herinnering wordt eerder bezoedeld door de toeristenindustrie. Je kunt bij wijze van spreken een volledig verzorgde reis boeken naar kampen in het oosten. Auschwitz halfpension, ontbijt op bed. Ik wil overal over meepraten. Over de Israëlische bezetting bijvoorbeeld. Bewoners van Israël vinden vaak dat ze meer recht van spreken hebben.
Amerikanen kunnen er ook wat van?
Met de Bijbel in de aanslag. Ik heb dat boek gelezen. Naar mijn idee staat er bijvoorbeeld niets in over abortus en het homohuwelijk. Maar men gebruikt alleen wat in het eigen straatje past. Ik heb een hekel aan mensen die ervan overtuigd zijn dat ze het gelijk aan hun kant hebben. Daar is ‘de absolute waarheid’ weer. Hoe kun je als rechter slapen als je een zwakzinnige naar de elektrische stoel hebt gestuurd? Moralisten heb je overal. Daarom ben ik nu oom Nathan, ongelovig, maar niet gevaarlijk.
